Sign my
GuestBook

LTM 51 in HO

Draaistel onderstel - een poging tot een afgeveerd onderstel (vertaling onder handen)

Een poging tot een geveerd frame

De geleverde frameplaten hebben gaten om vaste lagerbussen op te nemen. Dat resulteert in een frame met drie vaste assen. Dit werkt prima maar het is een lang gekoesterde wens van me om een keer een frame te bouwen met geveerde assen. Dit leidt tot een beter rijgedrag en een betere stroomafname. Ik wilde hiermee experimenteren zonder het risico de originele frameplaten te vernielen. Ik maakte dus twee nieuwe identieke frameplaten uit 0,4 mm messing gebaseerd op de oorspronkelijke platen.

Dit waren de eerste onderdelen die ik vijlde met mijn nieuwe Vallorbe 140-K2 sleutelvijlen (24 juli 2020)

Ik kocht deze vijlen op aanmoediging van een collega-bouwer en na het zien van de video's van ClickSpring. Ik kocht ze bij VoF van de Gevel in Tilburg, Netherlands, een prima zaak!

En man, man de vijlen zijn prachtig! Deze vijlen zijn zo recht en regelmatig dat je er echt heel mooie en precieze slagen mee kunt maken. De twee rechthoekige openingen vijlde ik ruim binnen een 0,1 mm marge. Het gat voor de vaste as werd eerst geboord en met een halfronde vijl tot de juiste maat gebracht en de bus zit zo precies dat hij op de klem in het gat blijft zitten..

Hier zijn de scheenplaten en de beweegbare lagerbussen al geplaatst.

De vering werkt niet zoals bij het voorbeeld. Het gewicht van het model drukt naar beneden op de lagers totdat het rust op de kleine boutjes. Het doel van vering van een modellocomotief is het instandhouden van het elektrische contact en het voorkomen van ontsporing op een oneffenheden in de baan. De loc komt alleen van de boutjes af als hij over een putje in de rails rijdt en de as door een veertje omlaag gedrukt wordt. Zo wordt het contact met de rails geborgd. Dit werkt dus precies omgekeerd als bij een echte locomotief. Daar "zweeft" de loc op stijf afgestelde veren en worden oneffenheden in de baan opgevangen door het indrukken van de vering. Hij raakt alleen de aanslagpunten als hij een bijzonder stevige dreun uit de baan krijgt.

 

Het monteren van de scheenplaten en lagerbussen is niet bijzonder moeilijk, ik soldeerde ze op hun plaats volgens de door Alan Gibson meegeverde beschrijving.

De instinker is het plaatsen van de kleine spiraalveer die boven op de lagerbussen komen en die door de stelschroef op hun plaats gehouden moeten worden.. Een spiraalveertje verdween al voor ik de kans kreeg om hem te plaatsen en de tweede nam de benen seconden nadat hij geplaatst was. De veer zit niet erg zekertjes boven op de lagerbus. Hij glijdt makkelijk weg en komt dan in een rare positie klem te zitten. Het schijn te moeten werken maar ik vond geen handzame manier om de spiraalveer met zekerheid te laten blijven zitten. De neiging om zomaar het hazenpad te kiezen is één reden wwronm ik een hekel heb aan spiraalveertjes. De andere reden is dat ze moeilijk aanpasbaar zijn. Uiteindelijk gaf ik het op en liet ik ze maar helemaal weg ten gunste van een zelf bedachte afvering.

Ik boorde een gaatje van 0,3 mm door de aftandsbussen van het frame en stak er een draadje fosforbrons doorheen die ik meteen in het gat vastsoldeerde. Ik boog het draadje zo dat hij de as naar zijn laagste positie drukt vanuit het midden van de as. Ik heb nu een mooie vierpuntsafvering.

Ik moet het soldeerwerk nog opschonen, wat ik zal doen zodra ik besluit of ik hiermee verder wil. Op dit moment is de asbus volledig functioneel..

Waan het frame belast wordt moet alle assen net zo hoog staan als de niet afgeveerde middelste as.

Ik zette het onderstel op een glasplaat om een 100% vlakke ondergrond te hebben. Eerst mat ik de hoogte bij de middelste as en daarna draaide ik de stelschroeven zo dat de andere assen dezelfde hoogte bereikten.

As Links Rechts
Voor 13,16 mm 13,18 mm
Midden 13,16 mm

13,18 mm

Achter 13,16 mm 13,13 mm

 

Nou, ik denk dat dit ruim binnen de tolerantie is. Wellicht doe ik nog wat aanpassingen aan de rechterzijde.

Tenslotte belastte ik het onderstel met lood om vast te stellen hoeveel gewicht er op het onderstel moest rusten om het op zijn stelschroeven te laten zakken. Aanvankelijk was dat wat aan de hoge kant maar na wat aanpassingen in het fosforbronsdraad was er in totaal 40 gram nodig. Op dit moment wegen de ketel en de ketelbrug ongeveer 62 gram. Dus het onderstel zal aan de taatszijde (achterzijde) voldoende belast worden. Aan de voorzijde zal ik dus plaats moeten vinden voor zo'n 20 gram lood. Maar ik denk dat dat wel lukt.

Tot dusver twijfelde ik over een geveerd onderstel maar nu ik er een gebouwd heb, ben ik wel tevreden met de resultaten. Anderzijds, toen ik er nog eens over nadacht vond ik dat de vermeende voordelen niet opwegen tegen de toegenomen complexiteit. Ik kreeg koudwatervrees, zullen we maar zeggen. Uiteindelijk besloot ik twee conventionele onderstellen te bouwen.